Ga naar de hoofdcontent
De ticketverkoop voor seizoen 2024/25 start op 30 april voor Vrienden en leden van The Keys en op 7 mei voor allen.
Logo Concertgebouw Brugge
Logo Concertgebouw Brugge

La création du monde — Milhaud

La création du monde — Milhaud
Er zijn nog zekerheden in deze onzekere tijden: onze 'huismusicoloog' Ignace Bossuyt blijft aan boord! Tijdens deze culturele lockdown is hij tweemaal per week (op dinsdag en vrijdag) onze ervaren kapitein op de zeven zeeën der musicologie. Hij vaart zijn neus achterna van de baai van Sibelius over de onpeilbare diepten van renaissance en barok naar de zee-engten van klassiek, romantiek en verder. Hij noteert zijn avonturen in een logboek op deze website en stuurt je op kompas naar bijhorende filmfragmenten. Met een klik en een scroll word jij van een landrot meteen een ervaren scheepsmakker! 

La création du monde — Darius Milhaud (1892-1974)

Het Concertgebouw kiest volmondig voor het leven, luidt de hoopvolle boodschap voor het nieuwe seizoen, prachtig verwoord door artistiek directeur Jeroen Vanacker. Voor het leven: voor de schepping, voor ‘de creatie’ in al haar aspecten en betekenissen.

Op muzikaal vlak valt de keuze vanzelfsprekend op een van de absolute meesterwerken die de schepping – in religieuze, maar meer nog in diepmenselijke zin - verheerlijkt: Joseph Haydns Die Schöpfung uit 1798. Ik wil hier een ander scheppingsverhaal belichten van 125 jaar later: het ballet La création du monde van de Franse componist Darius Milhaud, dat in 1923 in Parijs werd gecreëerd.

In 1922 reisde Milhaud naar de VS, waar hij in New York kennismaakte met de jazz, die hem inspireerde tot La création du monde voor de originele bezetting van het jazzensemble van Harlem, met 17 solisten: twee violen, saxofoon, cello, contrabas, twee fluiten, hobo, twee klarinetten, fagot, hoorn, twee trompetten, piano en uitgebreid slagwerk. Het scenario was van de hand van de modernistische schrijver Blaise Cendrars, die zich inspireerde op Afrikaanse mythes. De kostuums werden ontworpen door de kubistische kunstenaar Fernand Léger.

En nu eens bekijken en beluisteren

Het ballet bestaat uit zes delen die zonder onderbreking in elkaar overgaan.

  1. Ouverture. Prélude
    een inleiding met als hoofdrolspeler de saxofoon die een melancholisch getinte solo voordraagt, met de eerste syncopische jazzy accenten in de trompet (0:23) op een rustige ritmische ondersteuning in de strijkers en de piano. De dynamiek wisselt enkele malen van pianissimo naar fortissimo, met toename van de instrumentatie, en terug.

  2. Fuga (4:23)
    Scenario: 'Een verwarde massa lichamen: de chaos voor de schepping. Drie reuzengoden bewegen traag aan de periferie (Nzame, Medere en N’kva, de meesters van de schepping). Zij houden raad, cirkelen rond de vormloze massa en spreken toverspreuken uit die het leven doen ontstaan'. Voor de verklanking van de wriemeling van door elkaar wentelende vormen schrijft Milhaud een knappe jazzy fuga, waarin hij, op een ritmische achtergrond van piano en slagwerk, het ene na het andere instrument laat binnenkomen. Het fugathema verschijnt achtereenvolgens in de contrabas, de trombone, de saxofoon en de trompet, later ook in de klarinet. De textuur wordt alsmaar complexer, met een geleidelijke deelname van alle instrumenten. Na een driedubbele forte-climax sterft de fuga pianissimo uit.

  3. Romance. La naissance de la flore et de la faune (6:09)
    Scenario: 'Er komt beweging in de massa, als een reeks stuiptrekkingen. Er begint langzaam een boom te groeien, steeds groter, rechtop en wanneer een van de zaden op de grond valt, ontspruit een nieuwe boom'. De klarinetten creëren een spanning als voorbereiding van de solofluit die het thema van de inleiding speelt, mooi gecombineerd met een langzame versie van het fugathema in de cello (6:39). Aansluitend volgt een tedere hobosolo (de componist noteert: très tendre), zonder deelname van slagwerk (7:41). Op 9:26-9:38 schrijft Milhaud een bijzondere speeltechniek op de fluit voor, bekend als Flatterzunge, waarbij tijdens het spelen een tong-r wordt uitgesproken.

  4. Scherzo. La naissance de l’homme et de la femme (9:39). Scenario: 'Elk schepsel komt langzaam tot leven, doet enkele stappen, begint te bewegen in een cirkel, steeds sneller draaiend rond de drie goden. In de cirkel komt een opening … Man en vrouw rijzen op. Zij herkennen elkaar en kijken elkaar aan'. Dit deel is een wervelend scherzo, een cakewalk. De twee violen stellen een typisch syncopisch thema voor dat nadien naar de blaasinstrumenten verhuist, met veel tegendraadse ritmische accenten. De opzwepende dans mondt uit in een climax, waarna geleidelijk een verstilling volgt (mooi ingezet door de hobo, 10:46).

  5. Finale. Le désir (11:57)
    Scenario: 'Het paar begint de verleidingsdans, gevolgd door de paardans. Alle vormloze wezens sluipen naderbij en mengen zich in de rondedans die een duizelingwekkende vaart neemt'. Nu komt de klarinet op het voorplan met een prachtig jazzy thema (11:57-13:00). Een ingehouden passage met mooie blazerssolo’s leidt naar de finale roes van de gemeenschappelijke rondedans (15:12).

  6. Slot. Le printemps ou l’apaisement (16:29).
    Scenario: 'Alles komt tot rust: het mensenpaar is verzonken in een kus. De lente begint in het leven van de mens'. De muziek komt langzaam tot rust: we horen een prachtige synthese, met reminiscenties aan de vroegere thema’s.

Milhaud combineert hier de toen in Europa invloedrijke jazz met barokke en klassiek-romantische structuren, met name de fuga à la Bach en de cyclische opbouw waarbij de aanvankelijk voorgestelde thema’s in latere delen terugkeren, wat resulteert in een hechte muzikale samenhang. Knap werk!

Wie het repertoire van Darius Milhaud verder wil leren kennen: Iván Fischer en zijn Budapest Festival Orchestra brengen volgend seizoen diens Le boeuf sur le toit!

Meer muzikale meesterwerken

Deel dit nieuwsbericht